-2- Eerste blik op België
De tocht door Armorica door de Naamloze Achter Ons blijkt al vanaf de eerste dag uitermate nuttig te zijn om te reflecteren over het apen-land dat België is.
In de zondagskrant “West-Armorica” van 24 juli trof een cartoon de Naamloze A*O*, waarin de zuchtende en op zijn ellenbogen steunende en over zijn Belgische politieke lotgevallen klagende honing Albert II van antwoord gediend wordt door Manneken Pis: “Trek het u niet aan; laat het lopen!”
Manneken Pis, de Belgische mascotte, wordt in het buitenland vereenzelvigd met de Belg zelf.
Op dit punt is het opnieuw zeer vruchtbaar om de kronkelwegen van de geschiedenis te exploreren.
Een Belg, evenals een belgicist, is een Manneken Pis, maar Manneken Pis blijkt effectief een baviaan te zijn!
Terwijl in het binnenland de associatie van België met een apen-land verdrongen werd, herinneren de buitenlandse grappen daarover wel degelijk aan de romantische ideeën van de stichters van ons honinkrijk.
De Franstalige stichters van België verdedigden de afsplitsing van de Verenigde Nederlandse Provinciën met taalkundige argumenten (zoals bepaalde flaminganten nu ook doen) en ze werden daarbij geïnspireerd door de Grieks-Romeinse en Egyptische oudheid.
* * *
Het eerste “geloof” in de baviaan stamt uit de Egyptische tijd. De baviaan speelde een belangrijke rol in het panopticum van de Egyptische goden.
’s Ochtends, bij het opkomen van de zon en ’s avonds wanneer deze weer onder ging, brulden bavianen met geheven armen naar het hemellichaam; daarom werden ze gezien als grote vereerders van de zonnegod.
De Egyptenaren importeerden apen uit Ethiopië, maar vooral hondskopbavianen uit Soedan. Ze behandelden bavianen met groot respect en lieten hen – uiteraard na een toelatingsproef – rondrennen in hun tempels. Vanaf 1500 voor Christus werd de god van de wijsheid Tehuti (bij Grieken en Romeinen Thoth en Hermes) ook afgebeeld met de kop van een baviaan. Na hun dood werden ze ook gebalsemd en in stenen sarcofaagjes begraven.
De Naamloze Achter Ons raakte ervan overtuigd dat de rol die bavianen in het oude Egypte speelden als tijdmeetinstrument, een eerste – zij het onbewuste - basis vormde voor de stichting van België: hoelang zal het nog duren?!
De Egyptenaren was het opgevallen dat bavianen zich gedragen als de zon en de maan. De baviaan pist één keer op elk uur van de dag en de nacht in de tijd van de nachtevening. In de eerste twee of drie dagen van de nieuwe maan is de baviaan treurig en depressief omdat de maan dan niet te zien is, alsof hij uitgewist is. Aan de hand van de gedragingen en het pissen van de baviaan werd de duur van de maand, dag en uur gestandaardiseerd. Om deze redenen verkozen de Egyptenaren bavianen als tijdwaarnemers en deden de maanzieke Belgen dat later opnieuw.
Waterklok met gehurkte cynocefaal
De hoofdreden voor de bavianenromantiek van de belgicisten is natuurlijk minder waanzinnig: de baviaangod Tehuti (Thoth, Hermes) bracht de mens namelijk het schrift, en volgens de overlevering was hij tevens uitvinder van de wiskunde, de eerste ingenieur, astroloog en voerde hij de kalender van 365 dagen in. De cynocephalus of hondskopaap was het hiëroglief voor “schrijven”. Men zou voor minder de pissende baviaan als mascotte nemen.
De belgicistische hofschilder Luc Tuymans, die er ondanks zijn groot zakelijk instinct niet al te bewust uitziet, hield de Belgen met zijn apenreeks dus minstens onbewust een spiegel voor.
Op prenten uit de periode van het Oude Egyptische Honinkrijk ziet men dansende en musicerende apen. Zij helpen ook bij de fruitoogst. Men ziet cynocefalen gitaar en fluit spelen, schepen bouwen en helpen bij de bier- en wijnproductie.
Tuymans echter laat zijn apen seksen als Belgen en legt daarmee het verband met een andere Egyptische god: Baba, wiens naam etymologisch verwant is aan “baviaan”. “Baba” duidde inderdaad op seksuele activiteiten, al dan niet in de stijl van Manneken Pis. De fallus van de god Baba was de sleutel van de hemelpoort en in het Brusselse Dodenboek staat een afbeelding van de bavianenpik als mast van de boot naar de onderwereld.
De stichters van België identificeerden zich niet alleen met Tehuti of Baba, maar ook met de Griekse Odysseus, die bereid was om een moedeloos makende reeks beproevingen te doorstaan om ooit zijn thuisland Ithaka te kunnen vinden.
De vraag is dan waar men Ithaka moet situeren?
Volgens de Leidense oud-burgemeester Goekoop (sic) in zijn boek “Op zoek naar Ithaka” woonde Odysseus op het eiland Kefallonia (!), het zesde grootste Griekse eiland ten westen van de Golf van Korinthe, dat de vorm van een hondskop heeft, en niet op het kleine eilandje Ithaka of Thiaki dat men tegenwoordig onder deze naam kent.
De onderzoekers Ernst Gideon en Iman Wilkins beweren echter dat hij in België woonde! In “Homerus, zanger der Kelten of Troje lag in Engeland” en in “Waar eens Troje lag” reist Odysseus vanuit Engeland (het “zuiden”) naar het apen-land (in het “noordwesten”).
Zoals de Keltische Homerus Odysseus’ tegen alle weerstanden in aangetrokken zijn door België verhaalde, zo heeft de Naamloze Achter Ons het Keltische Armorica nodig om het baviaanland van Manneken Pis beter te begrijpen.
Het is geen toeval hij in Zuid-Armorica op een koppel menhirs stuitte, die er bekend staan als het Belgische echtpaar Babouin en Babouine.
Babouin meet 1 meter 42 en lijkt behalve op een baviaan ook op een fallus.
Aldus reisde N*A*O*,
‘D’ar ouenn e tenn’ (1),
Penmewan, 6 augustus 2011
(1) Vert.: Hij lijkt op zijn ras.