2019... Muss Es Sein Es Muss Sein

zondag 20 september 2009

N*A*O*'s F*** art - theory (II) : Christina Kokou

Om een uitweg te vinden uit de crisis waarin de hedendaagse kunst zich bevindt, bezocht de Naamloze Achter Ons Venetië, de eeuwenoude kunststad, waar de 53e editie van de Biënnale plaatsvond.
In de Sotoportego dei Preti bemerkte N*A*O* een rode hartvormige steen, die hem toezong hem samen met zijn geliefde aan te raken om eeuwig verliefd te blijven.
Omdat haar schoonheid ver weg was, restte hem niets anders dan zelf schoonheid te produceren en zijn liefde te tekenen !
We zouden Christina Kokou kunnen opsluiten, maar dat hoeft niet meer omdat ze zichzelf opsluit in haar atelier in stilte.
Buiten haar werkruimte houdt ze ervan – zoals vele vrouwen – te babbelen, houdt ze van de ta-taal zoals Lacan het noemt,
doch IN haar zelfgekozen gevangenis richt ze zich tot haar eigen intimiteit en geheim – ‘secret’ – secreet, dat afgescheiden wordt, wanneer ze overgaat tot de daad van het schilderen.
Gevangen zijn betekent ononderbroken ascese, waar de ziel in dialoog gaat met zichzelf. Deze geconcentreerde alleenspraak is niet te vergelijken met het luidruchtig tegen zichzelf praten van diegenen die men vandaag overal in de straten ziet lopen, de verwarden die hun verstand verloren hebben, geveld door de hardheid van het leven.
Integendeel, haar radicale alleenspraak, grenzend aan het tegen zichzelf praten is het denken van de allerlaatste doelen en van de diepste wortels en is daarom juist verweer tegen de waanzinnige moderniteit en tegen de oorsprongsvergetelheid.
Tegenover de gestandaardiseerde, gemarketeerde, gedesindividualiseerde actie, staat de Europese daad : de individuele, de persoonlijke, gesublimeerde daad, die de driften kanaliseert.
In de moderniteit wordt de driftige leegte meer en meer opgevuld met meer consumptie, verslaving, of met de destructieve daad, of in het beste geval vindt men er een nieuwe, zij het negatieve sublimatie in integrisme of terrorisme.
Hier tegenover kan men inder-daad de wereld willen verbeteren en daarom tegen de idealistische filosofen zijn, die dan aan de verkeerde kant staan omdat ze de wereld alleen interpreteren zonder hem te willen veranderen.
Maar voor de Europeaan is het anderzijds wel degelijk mogelijk materialist te blijven en tegelijk de Geest te erkennen !
We spreken dan beter over de Geestelijke Terugkomst van de materie.
Aan de oorsprong ligt zeker de materie, maar hetgeen van de materie terugkomt is onherleidbaar, zelfs al bestaat het niet.
De Geestelijke Terugkomst van de materie is wetenschappelijk onvatbaar, maar hij is toch consistent en hij blijft terugkeren, hij insisteert.
De Geestelijke Terugkomst insisteert over de generaties heen, al vanaf de Griekse oudheid.
Op dezelfde manier schildert Christina Kokou tegelijk figuratief als abstract. De abstractie is de Geestelijke Terugkomst van de materiële figuratie.
De proto-filosoof Socrates ontwikkelde de maïeutiek om het binnenste buiten te brengen, het geheim af te scheiden, het ‘secret’ te secreteren.
Inder-daad, rustig en geconcentreerd, zoals het slijmspoor van een slak op de gevangenismuur.
In stille ascese, geobserveerd door haar zwijgende honden, is Christina Kokou de vroedvrouw van haar eigen geheim.
In deze uitzonderlijke omstandigheden ziet men de Griekse passie van de taal, die niets wil zeggen of betekenen (geen gezwets), maar een taal die teken doet, die tekent zo men wil. De taal begint dan alleen te spreken. Een uitzonderlijk ritueel. Het woord is al een onderdeel van de Geestelijke Terugkomst van de materie (naast het affect en de psyche). Het woord is een terugkomend spoor.
Deze stem, deze roeping is een filosofische EPOCHE, namelijk een ascetische opschorting van de wereld. Het is apodictisch denken : APO – DEIXIS, buiten de context, buiten het TODE TI, buiten het hier en nu.
Maar het getekende teken is TOCH niet haar geheim. Want eigenlijk is er geen geheime ziel, omdat het de materie, de omgeving, de DEIXIS is die terugkomt als Geest.
Er is dus juist gebrek aan geheim.
Was er maar een geheim. In Amerika gaat men écht op zoek naar zijn gemis en daarom vindt men daar altijd wel iets, maar nooit zijn tekort, dat er jammer genoeg niet is.
Daarom zoekt Christina Kokou niet naar haar gemis ; maar ze vindt haar gemis, t.t.z. ze vindt het uit. Zoals Picasso voordeed, vindt ze haar gemis uit en tekent ze een gelaat, een dier, een blad.
Dankzij de Socratische ascese ontdekt ze zo dat de DEIXIS, de omgeving, de wereld, de materie juist HETGEEN NODIG IS is. De wereld, hoe pijnlijk ook, is haar nodige ALTER - zonder EGO. Diep in zichzelf is juist de materiële Ander, de IK-Ander : de reden waarom ze doet wat ze doet.
Christina Kokou scheidt de Ander af al schilderend. Het is haar Ode.
Want de Ander is nodig als gemis-aan-gemis om een levend individu te zijn, dat wil zeggen een wordend individu, dat wil zeggen strevend naar EGO...
Christina Kokou is als de Griekse Antigone die de Wet, de materie wel erkent, maar toch rekent op de Geest van de Wet. Antigone rekent op de Terugkomst van de Wet in de Letter van de Wet.
U weet dat Socrates gevangen werd omdat hij de Atheners tergde.
Terg ik u ?
Socrates kon vluchten, maar hij wilde de Atheners niet verweesd achterlaten. Hij stierf nog liever. Zo werd zijn dood noodzakelijk. Het werd een Strijd der Geesten : de American Way die vergeet waarom het doet wat het doet tegen de European Way die zich herinnert.
Christina Kokou kan ook van stijl veranderen, maar ze blijft haar secreten trouw. Er is geen geheim EGO, maar ze blijft haar gemis-aan-gemis trouw. Zij blijft de Ander in haar trouw, haar IK-Ander. De reden waarom zij doet wat zij doet. Dat is de Wet. De Geest van de Wet is de Trouw.
Ook ik blijf u tergen.
En dat is juist de Europese Weg : trouw en geduld !
U bent nu overgeleverd aan deze tergende filosofie zoals Christina Kokou in haar cel, haar atelier, en toch bent u nu vrijer.
T.t.z. de vrijheid wordt nu toegankelijker en is niet langer een harde confrontatie.
Waarom ?
Omdat u alleen aandachtig en zorgzaam moet zijn. Deze breekbare Europese filosofie heeft immers zorg nodig, een cultus. Zij heeft een cultuur nodig : een MELETE.
Christina Kokou’s cultuur of MELETE is een dagdagelijkse aaneenschakeling van schildersessies, hondenwandelingen en lezen.
Pas door oefening, door regelmatige omgang, door frequentie, door trouw en geduld ontstaat betekening.
Pas door een volgehouden relatie ontdekt men doorheen het onzichtbare, doorheen de ruis zijn gemis-aan-gemis, ontdekt men de omgeving, de materie die men nodig had : de reden waarom men doet wat men doet.
Zo ontdekt de slak uiteindelijk de gevangenismuur die zij nooit zag (omdat ze erop zat).
Dat is de Europese Hertovering van de wereld, na de moderne onttovering.
Door cultuur, door MELETE is het mogelijk dat de wereld gaat be-TEKEN-en.
Het komt er dus op aan DE GOEDE VERWACHTINGEN te CULTIVEREN.
Aldus sprak N*A*O*,
‘Het is pas een zeepbel als hij uiteenspat (II)’,
Venetië, 20 september 2009

Geen opmerkingen:

Een reactie posten